Langdurig dezelfde houding

Ontdek de wetgeving

Beoordeel de werkplek

Maak de werkplek ergonomisch

Informeer de werknemers over goede houdingen

Ontdek welke impact werkbeleving kan hebben

Hulp nodig?

Ontdek de wetgeving

Langdurig staand werken

Langdurig staand werken houdt een risico in voor het welzijn van de werknemers. Als werkgever dien je een risicoanalyse uit te voeren om deze risico’s in kaart te brengen en te evalueren. In ‘Beoordeel de werkplek’ geven we je alvast enkele tips om deze evaluatie te doen. Indien uit je evaluatie blijkt dat er effectief een gezondheidsrisico is, neem je best de nodige preventiemaatregelen:

  • Indien de aard van het werk het toelaat, voorzie dan de nodige materialen om het werk comfortabel zittend uit te voeren.
  • Indien het werk staand uitgevoerd moet worden, moet je een rustzitplaats voorzien ofwel het werk zo organiseren dat de medewerker geregeld zittend werk kan uitvoeren.

Voor langdurig staand werk bestaat er een specifieke Belgische wetgeving. Je vindt ze terug in de Codex over het welzijn op het werk, Boek VIII, Titel 1 - Werkzitplaatsen en rustzitplaatsen.

Werkhouding

Door de juiste werkhouding aan te nemen, vermijd je fysieke overbelasting. Zo voorkom je pijn in de romp, nek en schouders.

Als werkgever moet je een risicoanalyse van musculoskeletale risico’s op het werk uitvoeren en rekening houden met een aantal biomechanische risicofactoren, waaronder werkhoudingen (bijv. extreme, ongemakkelijke, ongunstige of statische houdingen). Deze risicoanalyse moet ervoor zorgen dat werknemers kunnen profiteren van een werkplek die is ontworpen (of aangepast) en ingericht volgens ergonomische principes.

U kunt de wetgeving raadplegen in de Codex over het welzijn op het werk, Boek VIII, Titel 1 – Algemene bepalingen. Er zijn ook aandachtspunten opgenomen in een code van goede praktijken: de Europese norm NBN-EN 1005-4.

Beoordeel de werkplek

Langdurig staand werk

Een eerste stap is om na te gaan in welke mate je werknemers een risico lopen om een overbelastingsletsel te krijgen. Onderstaande vragen helpen je om dit gezondheidsrisico in te schatten:

  • Moet je werknemer langer dan 1 uur aan één stuk of meer dan 4 uur op een shift staand werk uitvoeren?
  • Is dit staand werk zeer statisch of zit er heel wat beweging in (verplaatsingen, houdingsvariatie, …)?
  • Kan je werknemer regelmatig een pauze nemen waarin hij kan zitten of voert hij ook regelmatig zittend werk uit?

Werkhouding

Door een correct ingerichte werkpost neemt je werknemer een goede werkhouding aan. Zie je toch regelmatig één van onderstaande werkhoudingen? Opgelet dan! Ga dan op zoek naar de oorzaak van deze ongunstige werkhouding. Deze vragen helpen je:

Werknemer staat met een gebogen romp of nek

  • Kan je werknemer de taken op een correcte werkhoogte uitvoeren?
  • Moet je werknemer regelmatig ver reiken?
  • Heeft je werknemer een goed zicht op de uit te voeren taak?

Dit is een slecht voorbeeld, er staat een rood kruis op de foto. Een werknemer buigt op een verkeerde manier, met gebogen romp, over een toonbank.

Werknemer staat met een gedraaide of zijwaarts gebogen romp

  • Kan je werknemer gemakkelijk aan het materiaal dat hij nodig heeft?
  • Moet hij hierbij regelmatig ver zijwaarts reiken?

Dit is een slecht voorbeeld, er staat een rood kruis op de foto. Een werknemer verplaatst met gedraaide romp een valies op een transportkar.

Werknemer staat met voorwaarts of zijwaarts gestrekte armen

  • Moet je werknemer regelmatig of langdurig ver reiken naar voor of naar opzij?
  • Worden de voornaamste handelingen dicht bij je werknemer uitgevoerd?

Dit is een slecht voorbeeld, er staat een rood kruis op de foto. Een werknemer moet zijn armen voorwaarts strekken om pakketjes te kunnen bereiken op een grote tafel.

Maak de werkplek ergonomisch

Langdurig staand werken

Ga na of het werk zittend kan uitgevoerd worden

Taken waarvoor beperkte kracht en/of veel precisie nodig is, worden best zittend uitgevoerd. Indien de werkpost en de taken het toelaten (voldoende beenruimte, beperkte reikafstand, …), plaats je op deze werkpost best een geschikt zitmeubel. Zo is een stasteun een goede optie wanneer de beenruimte onder het werkvlak beperkt is.

Er zijn twee krukjes afgebeeld, waarvan de rugleuning als handvat gebruikt kan worden.

Zorg voor een goede werkorganisatie

Soms is staand werken niet te vermijden. Denk maar aan mobiele taken of taken waar veel kracht voor nodig is of waarvoor je ver moet reiken. Wanneer je werknemers dergelijk staand werk langere tijd moeten uitvoeren, moet je hen de mogelijkheid bieden om regelmatig een rustzitpauze te nemen. Indien mogelijk is het een goed idee om staande en zittende taken met elkaar af te wisselen.

Zorg voor voldoende voet- en beenruimte

Zorg voor voldoende voetruimte onder de werktafel. Zo werkt de werknemer voldoende dicht tegen het werkblad en wordt het reiken beperkt. De diepte en hoogte van de voetruimte is best minstens 15 cm. Maximaliseer ook de vrije beenruimte. Zo kan de werknemer regelmatig zijn houding variëren (bv. been verder naar voren brengen of op een reling zetten).

Dit is een slecht voorbeeld, er staat een rood kruis op de foto. Een werknemer staat bijna met zijn benen tegen de werktafel. Er is geen voetenruimte.Dit is een goed voorbeeld, er staat een groen vinkje op de foto. Een werknemer staat voor een spoelbak. Er is ruimte voorzien onder de werktafel voor de voeten.Dit is een goed voorbeeld, er staat een groen vinkje op de foto. Een werknemer staat voor een tafel met zijn linkervoet op een horizontale balk dicht bij de vloer. De werknemer kan van houding veranderen en kan met zijn voet op een reling gaan staan.

Voorzie antivermoeidheidsmatten

Anti-vermoeidheidsmatten zorgen voor een zachte, licht onstabiele ondergrond, waardoor de spieractiviteit en lichaamshouding steeds licht verandert. De vermoeidheid en het gevoel van ongemak in de benen en de lage rug nemen hierdoor af.

Werkhouding

Werkhoogte

Zorg er voor dat de werkhoogte zo goed mogelijk aangepast is aan de karakteristieken van de taak die je moet uitvoeren:

  • Bij een precisietaak bevindt de functionele werkzone zich best op dezelfde hoogte als de elleboog of zelfs 5 à 10 cm hoger (A). Op deze manier heeft men een correct zicht op het werkstuk en behoudt men nog steeds een neutrale positie in schouders en armen.
  • Wanneer precisie niet nodig is en/of meer kracht ingezet moet worden, vinden de handelingen best 5 à 10 cm onder de elleboog plaats (B).
  • Echt zware taken worden best steeds staand uitgevoerd. Om optimale kracht te kunnen zetten vinden je handelingen best 20 cm onder de elleboog plaats (C).

De afbeelding verwijst naar de situaties A, B en C, waarin de werktafel telkens op een andere hoogte staat, aangepast aan de verschillende werktaken (precisietaak, krachtiger werk of zwaar werk).

Dit is een slecht voorbeeld, er staat een rood kruis op de foto. De werknemer neemt geen neutrale houding aan met haar handen en armen. De rechterarm is te hoog gebogen, ter hoogte van de schouder, en de hand is ter hoogte van de pols gebogen.Dit is een slecht voorbeeld, er staat een rood kruis op de foto. Een kapper knipt het haar van de klant niet vanuit een neutrale positie. Zijn linkerarm is boven zijn schouder geheven.

Dit is een goed voorbeeld, er staat een groen vinkje op de foto. De werknemer neemt een neutrale houding aan met haar handen en armen.Dit is een goed voorbeeld, er staat een groen vinkje op de foto. Een kapper knipt het haar van de klant op een correcte manier, met zijn handen en armen in een neutrale positie.

Het zal evenwel niet altijd mogelijk zijn om de optimale werkhoogte te realiseren. Soms bepaalt je omgeving immers de werkhoogte (bv. schilderen van een plafond, plaatsen van klinkers). Met behulp van gerichte aanpassingen en hulpmiddelen (bv. kniebescherming, plukwagen, …) kun je de werkhoogte en -houding wel al gevoelig verbeteren.

Dit is een goed voorbeeld, er staat een groen vinkje op de foto. Het is een detailfoto van het been van een werknemer. De werknemer gebruikt kniebescherming.Dit is een goed voorbeeld, er staat een groen vinkje op de foto. Een werknemer zit op zijn knieën om planten te verzorgen.

Dit is een slecht voorbeeld, er staat een rood kruis op de foto. Een werknemer moet zijn armen te hoog strekken om fruit te kunnen plukken.Dit is een goed voorbeeld, er staat een groen vinkje op de foto. Een werknemer staat op een ladder om fruit van bomen te plukken.Dit is een goed voorbeeld, er staat een groen vinkje op de foto. De werknemers gebruiken een plukwagen om te oogsten.

Reikafstand

Alle handelingen vinden best plaats in een comfortabele werkzone, opdat de werknemer steeds een neutrale houding in romp en schouders behoudt. De aangewezen reikafstand is afhankelijk van het aantal keren dat je moet reiken:

  • Handelingen die zeer frequent of continu moeten uitgevoerd worden: reikafstand < 30 cm
  • Minder frequente handelingen: reikafstand < 45 cm
  • Zelden uitgevoerde handelingen: reikafstand < 60 cm

Het schema illustreert via verschillende kleurzones, van donker naar licht, de geschikte reikafstand per aard van de werktaak: van dichtbij de persoon voor continu werk, vervolgens frequent werk en tenslotte incidenteel werk. Hier mag de reikafstand groter zijn. Dit is de lichtste kleur.

Dit is een slecht voorbeeld, er staat een rood kruis op de foto. Een kapper wast het haar van een klant, maar staat te ver weg door de wasbak.Dit is een goed voorbeeld, er staat een groen vinkje op de foto. Een kapper was het haar van een klant. De wasbak is aangepast, verkleind, waardoor zij op een correcte reikafstand van de klant staat. Dubbele pijlen aan de wasbak geven aan: 38 tot 41 cm voor de breedte en 5 cm voor de hoogte van de bak.

Informeer je werknemers over goede houdingen

Als werkgever moet je je werknemers informeren over hoe ze zelf de fysieke belasting van hun werk kunnen beperken (Art. VIII.2-4 van de codex over het welzijn op het werk). Hieronder geven we alvast enkele tips voor je werknemers.

Optimaliseer de omstandigheden

Werk aan een goede hoogte

Pas de hoogte van je werkblad aan aan jezelf en je taken. Bijvoorbeeld: Is je werkblad te laag om groenten te snijden? Verbeter je werkhouding door één of twee dikke snijplanken op het werkblad te leggen.

Organiseer je werkplek

  • Zorg voor voldoende vrije ruimte
  • Plaats de zaken die je veel nodig hebt in je buurt, opdat je niet ver moet reiken.

    Dit is een slecht voorbeeld, er staat een rood kruis op de foto. Een werknemer bereidt deeg op een werkblad. Een rode dubbele pijl geeft aan dat het werkblad te ver van de werknemer op de tafel is geplaatst, zodat de reikafstand te groot is.Dit is een goed voorbeeld, er staat een groen vinkje op de foto. Een werknemer bereidt deeg op een werkblad. Een groene dubbele pijl geeft aan dat het werkblad dicht genoeg bij de werknemer staat om te voorkomen dat de werknemer te ver voorover moet leunen.

  • Wanneer je met een ladder werkt, verplaats deze dan voldoende. Op deze manier reik je minder ver en werk je op een veilige manier. 

Organiseer je werk

Organiseer je werk creatief. Zorg voor afwisseling in je activiteiten (bijvoorbeeld: wissel het onkruid wieden na een uurtje af met wat snoeiwerk, en omgekeerd). Zo voorkom je dat je een hele voormiddag moet wieden en dus in een zelfde houding staat.

Een werknemer steunt op zijn knie om planten te verzorgen laag bij de grond.

Optimaliseer je eigen handelen

  • Indien je laag bij de grond moet werken, ga dan door je knieën en buig niet door je rug.

    Dit is een slecht voorbeeld, er staat een rood kruis op de foto. Een werknemer buigt niet door zijn knieën, waardoor zijn rug te veel belast wordt bij het oogsten van sla laag bij de grond.Dit is een goed voorbeeld, er staat een groen vinkje op de foto. Een werknemer buigt door zijn knieën en steunt op zijn rechterbeen om sla te oogsten laag bij de grond.Dit is een goed voorbeeld, er staat een groen vinkje op de foto. Een werknemer steunt op zijn knieën om planten te verzorgen laag bij de grond.

  • Langdurig dezelfde houding aannemen begint na verloop van tijd door te wegen op je lichaam. Wanneer het niet mogelijk is om een optimale houding aan te nemen (bijvoorbeeld bij het oogsten van groenten), varieer je best regelmatig van werkhouding. Wanneer je langdurig recht moet staan, kan je af en toe een voet op een verhoogje plaatsen om van houding te wisselen.

    Dit is een goed voorbeeld, er staat een groen vinkje op de foto. Er staat ook een groene pijl aan de rechterkant, die doorloopt in de volgende foto, om de verandering in de houding van de werknemer te illustreren. Op deze foto zit de werknemer op zijn knieën en houdt een salade vast.Dit is een goed voorbeeld, er staat een groen vinkje op de foto. Er staat ook een groene pijl aan de linkerkant, die doorloopt op de vorige foto, om de verandering in de houding van de werknemer te illustreren. Op deze foto steunt de werknemer op zijn been om sla te oogsten laag bij de grond.

  • Zoek steunpunten indien je ver moet reiken. Op deze manier ontlast je de rugspieren.

    Dit is een goed voorbeeld, er staat een groen vinkje op de foto. Een werknemer buigt door zijn knieën en steunt op zijn rechterbeen om sla te oogsten laag bij de grond.

Ontdek welke impact werkbeleving kan hebben

Onderzoek toont aan dat werknemers die een hoge werkdruk en weinig autonomie ervaren, en op weinig steun van collega’s en leidinggevenden kunnen rekenen een hogere kans hebben om lichamelijke klachten te ontwikkelen. Psychosociale factoren spelen dus ook een rol in de ontwikkeling van lichamelijke klachten. Voor meer informatie, ga naar het thema Psychosociale risico's (PSR) op BeSWIC (Belgisch kenniscentrum over welzijn op het werk).

Wat kan je doen als werkgever?

Verlaag de werkdruk

Hoge werkdruk is een oorzaak van overspanning en stress, wat tot lichamelijke klachten kan leiden. Neem volgende stappen:

  • Pik de signalen vroegtijdig op. Let op vermoeidheid, te veel overwerk of deadlines die niet gehaald worden.
  • Geef je werknemers de ruimte om een goede planning op te stellen. Zorg dat ze prioriteiten bepalen en hun taken spreiden.
  • Geef je werknemers de ruimte om ‘neen’ te zeggen als ze het al druk hebben.
  • Denk niet te vlug: ‘dit is van voorbijgaande aard’ wanneer het werktempo hoog ligt.
  • Las na een drukke periode een rustige periode in.
  • Voeg voldoende pauzes in. Zo onderbreek je intensieve werkperiodes. Moedig iedereen aan om een middagpauze te nemen en geef zelf het goede voorbeeld.
  • Zorg voor afwisseling in het takenpakket. Dat maakt dat je werknemer kan kiezen tussen een veeleisende en een minder belastende taak.
  • Bevorder de samenwerking tussen collega’s. Zo staan ze er niet alleen voor en wordt de druk verdeeld.
  • Bespreek de werkdruk regelmatig tijdens overlegmomenten. Pols of je werknemer het werk nog aankan. Ga samen op zoek naar oplossingen.

Zorg dat collega’s hun werk zelf organiseren

Stress verlaagt wanneer werknemers hun eigen werk kunnen plannen, hun eigen opdrachten kunnen kiezen, hun manier van werken kunnen variëren, … Men noemt dit autonomie.

  • Pols of je werknemers nood hebben aan meer autonomie. Bespreek op welke momenten ze zelf beslissingen willen nemen en wanneer ze liever willen dat er van hogerhand beslist wordt. 

Verhoog de steun van collega’s en van de leidinggevende

  • Zorg voor een collegiale sfeer op het werk. Stimuleer bijvoorbeeld informele babbels op de werkvloer door samen te lunchen. Geef zelf het goede voorbeeld.
  • Moedig je werknemers aan om elkaar te helpen en hulp te vragen indien nodig.
  • Zorg dat geschillen uitgesproken worden. Zo vermijd je conflictsituaties.
  • Zorg ervoor dat je werknemers zich gewaardeerd voelen door een compliment te geven wanneer ze goed werk geleverd hebben.

Hulp nodig?

In de eerste plaats kan je intern hulp vragen aan je medewerkers. Gesprekken met mensen van verschillende afdelingen / teams kunnen helpen om problemen aan het licht te brengen en om samen oplossingen te vinden, zodat de arbeidsomstandigheden verbeterd kunnen worden.

Verder zijn er verschillende tools gratis beschikbaar om u te helpen:

Publicaties

Publicaties op de website van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg:

Filmpje

Filmpje van Napo op YouTube: Napo in... vertil je niet!

Websites

Op BeSWIC:

Voor meer informatie of voor ondersteuning bij het uitvoeren van preventieve acties kan je terecht bij je externe dienst voor preventie en bescherming op het werk. Op de website van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg staat een overzicht van de erkende externe diensten.


Afbeeldingen

Copyright PREVENT voor de meerderheid van de afbeeldingen.